Bende Van Nijvel Onderzoek

Bende Van Nijvel Onderzoek

4. Het Bende - Onderzoek

4.1. Het gespleten onderzoek

Het probleem met het onderzoek is dat het gespreid loopt over 6 verschillende gerechtelijke arrondissementen die vallen onder de bevoegdheid van vier procureurs-generaal, zes onderzoeksrechters, zes procureurs des konings en zes districten van de gerechtelijke politie en de BOB (rijkswacht opsporing). Het grootste probleem is dat sommige overvallen in 2 verschillende taalgebieden plaatsvinden. (bron 1 p.65) Gedurende het hele weekend na de overvallen in Eigenbraekel en Overijse is discussie over wie het onderzoek zal mogen leiden en hoe ze informatie zullen uitwisselen. Het is pas 10 dagen na deze aanslagen dat beslist wordt om het onderzoek te centraliseren in Nijvel. Maar tegen dan hebben de speurders alle moeite van de wereld om nog alle mogelijke getuigen op te sporen. Ze moeten zelfs een oproep in de pers lanceren. (bron 1 p.66) Het is misschien daarom dat doorheen het hele latere onderzoek soms nog nieuwe getuigen opduiken die om diverse redenen dan niet durfden of wensten te spreken of het belang niet kenden van wat ze hadden gezien (auteur).

Trouwens niet alle daden van de Bende van Nijvel worden dan aan elkaar gelinkt en in de kritische fase van het onderzoek, dwz in het begin zijn al de verschillende aanvallen, overvallen en moorden in de handen van verschillende onderzoeksrechters zodat het zoeken van gelijkenissen tussen wapens, wagens en getuigenissen quasi onmogelijk is. Zelfs na heel veel gepalaber beslist men dat de 4 verschillende onderzoeksrechters elk verantwoordelijk blijven voor hun onderzoek. (bron 7 p.59)

De vondst van de wapens door het Delta Team uit Dendermonde van de wapens in het kanaal van Brussel- Charleroi op 6 november 1986 is het eerste bewijs dat de vele verschillende overvallen aan één bende kunnen worden toegewezen. (bron 1 p. 199) Maar volgens Reyniers van de Gerechtelijke politie in Brussel is er meer aan de hand. Minister van Justitie Gol liet Reyniers wel een task force naar Angelsaksich model oprichten waar alle onderzoeksrechters, procureurs en politiekorpsen deel van uitmaakten. Alle informatie zou in Brussel worden gecentraliseerd. Maar geen enkele van de deelnemers wou in feite meewerken. Uiteindelijk maakte men een soort Belgisch compromis. Hij leidde een team van 17 mensen van de Brusselse en Nijvelse GP in Brussel terwijl de rijkswachters vanuit de rijkswachtkazerne in Nijvel zouden werken. Wekelijks werd er vergaderd onder leiding van Procureur Depretere van Nijvel die enkel de piste van het banditisme wou onderzoeken. Er kwam echter weinig beweging en na de overval in Aalst door de Bende van Nijvel begon het parket van Dendermonde onder onderzoeksrechter Troch met haar eigen onderzoek door de cel Delta. Deze cel maakte echte een grote domme fout toen men onverwacht toch zakken met wapens had gevonden in het kanaal Brussel-Charleroi bij Ronquières maar men de wapens voor het onderzoek had laten drogen zodat veel sporen waren verloren gegaan. Tevens had Reyniers twijfels of de tipgever over die plaats wel alle informatie had gegeven die hij wist over De Bende. (Bron 6 p.77) Veel later zou zelfs Troch pleiten voor 1 onderzoekscel in Brussel. Reyniers wou ook dat de politie de task force zou leidden en dat die elke 2 jaar zou vervangen worden om te vermijden dat men zou vastroesten.

Reyniers stelt ook vast dat tijdens zijn onderzoek toen hij opdracht gaf om de gebruikte telefoonnummers van de kolonels van de rijkswacht te registreren zij hiervoor daags nadien op de hoogte waren (Bron 6 p.75) Hij maakte ook weinig vrienden door publiekelijk overal te verklaren dat de Bende van Nijvel in extreemrechtse hoek en bij de Rijkswacht moest gezocht worden, zelfs na de analyse door o.a. professor Fijnaut over 'Aanvullende analyse van de organisatie van het Bende-onderzoek in de jaren 1986-1997'. Het onderzoek naar de slachtoffers van de aanvallen dat insinueerde dat zij in het feite het doelwit waren en de rest van de slachtoffers deel uitmaakten van een coverup wijst hij van de hand als een ongelukkige samenloop van omstandigheden.

Francis Reyniers denkt dat 'boubouche et beijer figuraient parmi les tueurs. De même que Amory. Et un membre de la PJ de Bruxelles Christian Pattijn (bron 5 p. 199) Geen enkele van deze personen vond het toen nodig om een klacht wegens laster in te dienen. Nochtans zal het duren tot 1986 vooraleer deze drie personen verontrust worden door de onderzoekers. (bron 5, p199-200)

Het kon volgens Reyniers geen gewoon banditisme zijn omdat volgens zijn uitgebreide jarenlange ervaring er wel altijd iemand uit het milieu zou gepraat hebben voor 20 miljoen frank voor nuttige tips. In het dossier van de moord op politicus Cools had de onderzoekscel het moordwapen in handen gekregen door de premie van 10 miljoen belgische frank. (Bron 6, p.73) Zijn voorstel om een speciaal opsporingsprogramma op TV te maken om tips te verzamelen werd toen afgewezen. Het was dan natuurlijk veel nuttiger geweest dan de vele jaren later.

Pas op 25 februari 1988 dus 2 jaar LATER probeert men het onderzoek te stroomlijnen door te stellen dat alle 'processen verbaal in verband met de bende en met de zaak Mendeze voortaan doorgezonden moeten worden naar alle betrokken onderzoeks- rechters en procureurs des konings.' (bron 1 p. 199) Dubbels voor de verbrande stukken ?

De Nijvelse procureur Jean Deprêtere waar het onderzoek in het begin bij wordt gecentraliseerd houdt hardnekkig vast aan de criminele piste en verwerpt uitdrukkelijke de politieke piste. Wanneer de onderzoeksrechter Schlicker zich wel voor de extreemrechtse piste begint te interesseren wijt "Deprêtere dit aan zijn joodse afkomst" (bron 1, p. 67) Toen Schlicker toch de politieke pistes wou onderzoeken kregen hij en zijn familie ernstige telefonische doodsbedreigingen. Toen de BOB Gérard Bihay een rapport had gemaakt over de mogelijke politieke motieven van de Bende werd hij door de generaal Bernaert "op vraag van Deprêtre" gedegradeerd naar de verkeerssectie in Gembloux. (bron 1 p. 152) De procureur "rest considérè par d'anciens de la Maison comme celui qui a fait echouer l'enquête (bron 7 p. 101) Maar volgens Depretere heeft hij over die mogelijke pista gesproken met het hoofd van de staatsveiligheid Albert Raes die hem zou gezegd hebben dat extreemrechts in België slechts "cinquante zozos plus folkloriques que dangereux" (bron 7 p. 126)

Maar de rijkswachters Dussart en zijn twee collega's zetten echter hun onderzoek naar extreemrechts verder en opperen voor de parlementaire commissie dat zelfs Opus Dei erbij kan betrokken zijn of er kennis van heeft. "victimes d'un procès d'intention, les trois gendarmes subiront pressions, vexation et sanctions disciplinaires. Cette enquête sera finalement stoppée suites aux ordres conjoints de l'Etat Major de la gendarmerie en du parquet de Nivelles. Balfroid, Bihay et Drussart seront mutés après de évalutations devenues subitement négatives. Les apostilles qu'ils avaient demandées ne seront jamais exécutées. " (bron 7 p. 127)

De parlementaire onderzoekcommissie start uiteindelijk in mei 1989 na de vorming van een nieuwe regering met de socialisten en christen democraten zonder de liberalen. Na verklaringen van Vernaillen over de poging tot staatsgreep wordt de controle op de politie- en inlichtingendiensten in een wetsontwerp gegoten over de manipulatie van het onderzoek zal dertig jaar later nog een hartig woordje worden gesproken maarDidier Miévis die de leiding had over groep G (WNP) nam deel aan het Bende onderzoek "met de vriendelijke toestemming van zijn chefs" (bron 2 p. 76)

4.2. Valse sporen en zijdossiers.

In het totaal worden in dit dossier 3000 verdachten ondervraagd.

Valse sporen zijn sporen die vals zijn en zo worden gehouden al worden ze omwille van verschillende belangen (voor de betrokkenen) of door de media op de voorgrond geplaatst.

Dossiers zijn onontgonnen omdat de basisstukken voor een onderzoek ontbreken of omdat de middelen hiervoor zodanig ontbraken dat het in feite onontgonnen was. In het dossier van Gladio zijn de deelnemers aan de officiële en parallelle netwerken nooit echt geïdentificeerd. In het dossier van de eventuele Racket van Delhaize zijn er veel stellingen maar een echt boekhoudkundig onderzoek heeft nooit plaatsgevonden, tenzij je een beperkt onderzoek 12 jaar na datum een onderzoek noemt.

A. Dossier Pinon (vals spoor)

Ballet roses is een term die wordt gebruikt voor sexparties waar hooggeplaatsten aan deelnemen. De term wordt voor het eerst gebruikt door een franse journalist die een sexschandaal beschrijft waarbij een belangrijk perso- nage van de Franse overheid bij betrokken is, die nadien wordt veroordeeld tot een voorlopige straf wegens zijn bewezen diensen. De rose baletten is wanneer het meisjes betreft, de blauwe wanneer het om jongens gaat. België heeft in feite twee verhalen rond dit soort dossiers gekend. Het dossier Pinon en het prostitutienetwerk Montaricourt.

In 1979 wordt er binnengebroken in de villa van Rhode -Saint-Genese (vlaams brabant) in het huis van de psychiater André Pinon. Ze hebben geld gestolen maar volgens hem hebben ze 'het' niet gevonden. Dit zou een cassette zijn die zich op een andere plaats bevindt. Hij loopt naar het politiecommissariaat waar hij klacht neerlegt en de agent het hele verhaal van de cassette in een PV noteert. Hij denkt overigens in levensgevaar te zijn en vlucht naar een hotel. (bron 7 p139 - 140)

André Pinon was getrouwd met Josianne Jeunniau en hebben twee kinderen. Pinon maakt carrière in het psychiatrisch centrum van Etterbeek en zijn vrouw werkt op het kabinet van Minister de Donnéa. In 1979 komt het na 9 jaren tot een echtscheiding maar toen duurde die meestal lang, tot 2 jaar. Zijn ex vrouw heeft echter al een nieuwe partner wenst een snelle scheiding. Pinon huurt een privé detective in (wat toen ook een gangbare praktijk was). (bron 1 p. 127) Het gevecht gaat om de kinderen en Pinon wilt haar het hoederecht ontnemen op basis van haar levenswandel. De procureur van de koning Deprêtrere schakelt een jeugdrechter uit Nijvel in die voor dit imbrogilio beslist om de kinderen tijdelijk in een jeugdinstelling te plaatsen tot hij wat meer klaar heid krijgt in de zaak.

De privédetective Bob Louvigny heeft een agentschap Brussels Bureau de documentation de re cherche et d'investigations (BDRI) Hij wou zich eerst lanceren in executive protection maar vindt geen klanten zodat hij verplicht wordt om privé detective te worden maar hij heeft geen vergunning. Het agentschap krijgt trouwens een negatief rapport van de staatsveiligheid. Nochtans krijgt hij in 1984 een contract voor de bewaking van een overheidsgebouw aan het Noordstation. De rijkspolitie vraagt hen tevergeefs om het contract te verbreken tot er een zwaar gewelddadig incident met fiet sende jongeren in het station plaatsvindt. (bron 1 p. 129). Een bewaker overleed toen. Hij nam tevens WNP lid Marbaix in dienst toen die uiteindelijk toch werd ontslagen door de rijkswacht wegens zijn nazistische activiteiten. (bron 1 p. 139)

Deze ontdekt snel dat de nieuwe partner een collega van Pinon is. Pinon ontvangt ook informatie dat ze zou deelnemen aan wilde sexfuiven waar ook drugs wordt gebruikt en minderjarigen zouden aanwezig zijn. (bron 1 p. 127) Hij ontvangt deze informatie omdat zijn vrouw en hem proberen weer samen te leven zodat ze weer samen met beide kinderen zouden zijn. Zijn vrouw vertelt hem echter dat ze verschillende partners heeft gehad op sexfuiven. Pinon schrijft dit allemaal op en stuurt de brief naar jeugdrechter om te proberen toch alleen het hoederecht te krijgen. Om toch bewijs te krijgen beslist hij om zijn vrouw nogmaals te ontmoeten en alles te registreren. Zijn detective zal het gesprek registreren van zijn ex Josiane Jeuniau. Ze vertelt hetzelfde verhaal. Pinon beslist om de geluidsbanden bij een gerechtsdeurwaarder neer te leggen. Door de verklaringen moet ook een instructie worden geopend op de rechtbank in Nijvel. (bron 7 p 140 - 141)

De fuiven zouden plaatsvinden op verschillende adressen in Brussel zoals een privéclub, een exclusief golf terrein en tennisclub. De minderjarigen zouden zijn geleverd door een jeugdrechter uit Nijvel en dat Paul vanden Boeynants zou deelnemen aan de fuiven, naast een rijkswachtgeneraal, topadvocaten van extreemrechtse signatuur en een nummerplaat dat verbonden zou zijn aan het koninklijk hof. (bron 1 p. 128) Zijn vrouw ontkent dat er minderjarigen aan hebben deelgenomen en de onderzoeken in Nijvel leiden niet tot de identificatie van die minderjarigen. Er was wel bij sommigen een zekere libertinage. (bron 7 p 141)

Kort nadien wordt bij Pinon ingebroken waarbij het geld of waardevolle voorwerpen wordt genegeerd. Volgens Pinon zijn ze op zoek naar de tapes. (bron 1 p. 128) Hij meldt het aan de politie waarna een onderzoek wordt geopend. Een groot aantal deelnemers wordt ondervraagd en men zou zelfs compromitterende foto's en video's aan het dossier toevoegen. Volgens de speurders hebben de fuiven ook twee dodelijke slachtoffers gemaakt. Een minderjarige zou zich nadien door het hoofd hebben geschoten terwijl een jonge vrouw zichzelf de dood inreed. Het dossier krijgt hierdoor een enorme omvang. (bron 1 p. 129) Maar verdere verificaties tonen "aucun suicide suspect de mineurs n'a été signalé". En de vrouw zou zich in een hotelkamer van het leven hebben beroofd met een afscheidsbrief en niet door gesaboteerde remmen. (bron 7 p. 144)

Het dossier Pinon komt pas echt in de belangstelling wanneer het tijdschrift Pour op 5 juli 1981 door extreemrechtse militanten in brand wordt gestoken. Volgens hoofdredacteur Jean-Claude Garot was er een verband met een dossier over roze balletten in Waals Brabant. Hij is echter niet de eerste die hierover schrijft. Deze eer komt aan het extreem rechtse Nouvel Europe Magazine van Emile Lecerf maar hij weigert het dossier te publiceren en houdt zich in het artikel op de vlakte. Garot zelf was weigerachtig tot Pinon hem in contact brengt met een vrouw die aan de sexfuiven heeft deelgenomen. (bron 1 p. 129) Wanneer hij echter op basis van de details begint met zijn verificaties van de namen en locaties krijgt hij telefonische dreigementen het dossier niet te publiceren want dat er in bepaalde milieus 'paniek heerst'. (bron 1 p. 130) Volgens hoofdredacteur Garot werden die geuit door een advokaat "très proche de l'extrême droite'). (bron 7 p. 143)

Vier dagen later gaan de lokalen in de vlammen op. De aanval werd uitgevoerd door een gemengd commando van de VMO en Front De la jeunesse onder leiding van Jean-Philippe van Engeland een gewezen agent uit Zuid-Afrika. (bron 1 p. 130) Hij is ook 'nauw bevriend met Paul Latinus". Hij werd bijgestaan door yves Trousson (ex vreemdelingenlegion), Michel van Hove (ex rijkswachter) en Fernand Urbain (harde kern FJ). Van Engeland was ook al naar Paraguya vertrokken toen hij hiervoor in 1982 door het hof van beroep werd veroordeeld. In 1984 heeft hij echter geen geld meer en biedt hij zich aan bij de Belgische ambassade waarna hij naar België wordt overgevlogen. (bron 1 p. 131) De brand had echter in feite niets te maken met een dossier Pinon maar waren eerder plannen die op café werden gesmeed door een aantal gefrustreerde militanten die hun grootste tegenstander in de pers eens wilden goed aanpakken. Meer nog "des policiers et autres agents de la sûréte" waren op de hoogte maar dachten waarschijnlijk dat het om de zoveelste grap ging. (bron 7 p. 144)

In 1981 beslist depretere het dossier echter opnieuw te openen omdat er op dat moment een epidemie van inbraken is bij personen die een band zouden kunnen hebben bij het dossier en de brandstichting bij Pour.

Er is tevens een band met een vorig dossier van callgirls die worden gebruikt voor politieke doelstellingen of met belangrijke personen want soms worden callgirls op die fuiven uitgenodigd die werden uitgenodigd door Fortunato Israël volgens Pinon. (bron 7 p. 141)

Het dossier Pinon komt in het vaarwater van het dossier Bende van Nijvel omdat bankier Finné, restaurant houder Van Camp, Elise Dewit, een immobiliënhandelaar en een Libanese wapentraffikant op de lijst van aanwezigen staan. De eerste vier worden door de Bende vermoord terwijl de laatste enkele jaren later in het dossier verzeild geraakt. (bron 1 p. 129) Finné en Elise waren lid van de CEPIC. De partner van Elise Jacques Fourez was ook lid van de CEPIC of had er contacten. (bron 1 p. 155) De onderzoekers vonden vooral de overkill door de meermalige schoten in het hoofd verdacht. Het restaurant dat Jacques van Camp uitbaatte, les trois Canard was trouwens een geliefde ontmoetingsplaats voor vandenboeynants, Beaurir en het koppel Dewit-Fourez. (bron 1 p. 156)

Bultot gebruikt het dossier ook om te melden aan de pers dat de staatsveiligheid verbonden is met de Bende en dat het dossier Pinon ermee verband houdt. Onderzoeksrechter Troch leidt een rogatoire commissie naar Paraguay om hem te ondervragen. Maar uit het dossier Pinon is een "hoop materiaal verdwenen... Een aantal voor bepaalde prominenten compromitterende foto's en documenten ontbreken. Zoals het dossier er nu bijligt is het waardeloos.". Marnette van de Brusselse gerechtelijke commissie komt voor de parlementaire onderzoekscommissie ontkennen dat er video's zouden bestaan terwijl zijn dienstchef komt toegeven dat ze wel bestaan en dat ze 'liggen opgeborgen bij de gerechtelijke politie maar dat ze kompleet waardeloos zijn". Diezelfde onbelangrijke cassettes worden dan uiteindelijk toch aan de onderzoeksrechter naar de Bende van Nijvel overhandigd (Schlicker). (bron 1 p. 133)

Beijer zou ook verklaren dat de staatsveiligheid hem had gevraagd om dossiers in verband met het weekblad Pour waaronder het dossier pinon uit het Brussels Justitiepaleis te ontvreemden. (bron 1 p. 135)

Maar algemeen wordt aangenomen dat het dossier een wraakpoging is van Pinon op zijn vrouw en de jeugdrechter van Nijvel die hem het hoederecht over de kinderen niet wou geven. Deze laatste werd immers genoemd als de leverancier van de minderjarigen. Depretere heeft het dossier altijd in zijn lade bewaard om de lekken te vermijden. Het was de la 'foutaise'. (bron 7 p. 145) Je gaat dit dossier online wel echter overal terugvinden op de sites en blogs die uitgaan van een groot complot in België en de wereld waarbij pedofilie satanisme en nog een pak van dit gedoe in een mooi spektakel worden opgevoerd.

A.1. het prostitutienetwerk Maud Sarr

Dit is een ander dossier alhoewel beide dossiers soms worden samengevoegd of vermengd. Het is echter door wat niet bestaat (dossier Pinon) te vermengen met bestaande dossiers dat mythes blijven voortbestaan. Het zijn echter totaal verschillende dossiers. De prostitutienetwerken, call-girls kantoren en wilde parties hebben bestaan en werden waarschijnlijk voor allerlei doelstellingen aangewend door personen uit de politionele, politieke of economische sfeer. Eén hiervan zal chantage zijn.

In 1978 plaatst Lydia Montaricourt in het reklameblad Vlan een zoekertje voor jonge prostituees. Ze wordt opgepakt door de politie en ondervraagd. Ze verklaart aan het hoofd te staan van een prostitutienetwerk vanuit Schaarbeek (brussilia) waarbij 20 jonge vrouwen zich 'ter beschikking houden' van rijke klanten.

De politie neemt brieven, foto's, agenda en klantenlijsten in beslag. Ze zegt dat ze de klantenlijsten heeft gekocht van een ander professioneel prostitutienetwerk Fortunato Israel. De verschillende prostituees worden ondervraagd en 1 van hen Maudd Sarr spreekt over de aanwezigheid van een jongen die minderjarig is. Monticourt ontkent ten stelligste maar wordt toch veroordeeld maar niet opgesloten. (bron 7 p. 145 -146)

Fortunato Israel is één van de meisjes van het Parijse netwerk van Madame Claude voor ze voor haar eigen rekening begint. Tijdens een huiszoeking wordt ontdekt dat ze officieel samenleeft met Roger Boas de baas van de defensiefirma Asco Industrie en een dichte vriend van VDB. Hij is één van de rijkste industriëlen van België. Ze erkent tijdens een ondervraging dat ze werkt voor Euro System Hospitalier (ESH) als communicatieverantwoordelijke maar levert in feite prostituees om de onderhandelingen over de levering van hospitalen aan Saoudië arabië te vergemakkelijken. De rijks wacht zal een dossier hierover openen tegen de verantwoordelijken van ESH. "on peut même dire que'elle sera étouffé de peur de l'implication de personnages très haut placés." (bron 7 p 145)

Koning Bouwdewijn en toen Prins Albert bezoeken saoudië arabië om de belangen van ESH een zusterbedrijf van het toen machtige societe generale te bepleiten. Maar na de toekenning van de markt verloopt alles zoals het niet hoort. Het materiaal is slecht en de leveringstermijnen worden niet gerespecteerd en uiteindelijk schort Saoudië Arabië de betalingen op. De speciale belastingsinspectie ontdekt dat er van de 8 millard BF 200 miljoen commissies werden betaald aan tussenpersonen. In het totaal wordt er gefraudeerd voor 1 miljard BF door belgen. ESH gaat in 1979 failliet maar in 1989 wordt niemand wegens verjaring vervolgd. Bij de administrateur wordt trouwens binnen gebroken op zoek naar het dossier. Het dossier werd dus 'étouffé'. (bron 7 p147 - 148)

Maud Sarr liep opnieuw in de kijker toen ze zich door VTM 20.000 frank liet betalen op 13 februari 1990 om te verklaren dat politici en magistraten hadden meegedaan aan de seksfuiven ('de roze baletten'). (Bron 6p70)

Volgens verantwoordelijke voor de Gerechtelijke Politie te Brussel Reyniers waren daar nooit minderjarigen aanwezig omdat deze fuiven geïnfiltreerd waren door de dienst zedenzaken van Yves Zimmer die hiervoor Georges van Dycke gebruikte. Maar er werd wel voldoende informatie verzAmeld om het internationale pedofilienetwerk CRIES op te rollen. (Brp, 6 p71)

Het is nooit duidelijk geweest of de beruchte cassette waarover zoveel wordt gesproken opgenomen werd tijdens de roze balletten of deze seksfuiven. Volgens een theorie hebben 5 slachtoffers van de Bende deze cassette gezien. (Jacques van Camp, Jacques Fourez, Elise Dewit, Constantin Angelou en José Eynde).

Paul Latinus zou volgens WNP leden het dossier Pinon in handen hebben gehad. "Cette cassette, personne ne l'a jamais envisionnée. Existe-t-elle au moins ?...Un ministre d'Etat accompagné de plusieurs hauts gradés de l'armée pour mettre la main sur cette cassette. Un journaliste flamand écrira un article sur cette petite promenade en terre liègeoise mais le papier fut refusé par la rédaction." Zelfs het Hoog Comité van Toezicht dat afhangt van het ministerie van binnenlandse zaken zal zich hiermee bezighouden. Het blijft een fantasme waarover verschillende getuigen voor de parlementaire commissie spreken. Wat wel verwondert is "le classement trop rapide de pans de l'enquête ou la disparition de pièces à conviction." (bron 7 p 149 - 50)

B. De borains (absoluut het klein crimineel krapuul aanpakken)

Onderzoeksrechter Jean Marie Schlicker van het parket van Nijvel is er door de stilte gedurende 2 jaar (1983 -1985) van overtuigd dat hij met de Borains de juiste daders had opgepakt. Hij wordt hierin bijgestaan door BOB'er Daniel Choquet van Bergen die de kleine dievenbende van Cocu al jarenlang niet kan naar de gevangenis Hij denkt de link te hebben met de Bende en wordt door de procureur Deprêtere beloond. Maar als het na het proces totaal verkeerd uitloopt moet hij de rijkswacht verlaten. (bron 2 p. 31)

De bekentenissen die verkregen werden na marathon ondervragingen werden echter de volgende dag reeds ingetrokken. Michel Cocu verklaart in een interview later dat hij al die namen had gegeven onder druk van de onderzoeken. "ze wilden namen ? oké ik gaf ze namen. Namen van mensen die ik kende, van hier uit de buurt, van in de cafés waar ik kwam. Ik wilde dat het ophield. Ik wilde slapen" (bron 2 p. 11) "Je kunt het je waarschijnlijk niet voorstellen, maar als je dag en nacht wordt ondervraagd, dan weet je gewoon niet meer wie je bent. Je bent fysiek en geestelijk kapot. Je hoort vragen, echo's van vragen en je ziet ondervra gers, de schimmen van ondervragers. En je hebt er alles voor over om te kunnen slapen." (bron 2 p. 14) Noot : slaapontbering is een erkende foltermethode. "En als mijn ouders en mijn dochter me kwamen bezoeken, moest ik ook altijd dringend worden ondervraagd. Toevallig. Tegen mijn advokaat logen ze dat ze met me bezig waren, terwijl ik gewoon in de cel op hem zat te wachten." "Op een bepaald moment hebben ze me uitgekleed tot op m'n slip en me met handboeien vastgemaakt aan een stoel. Als ik niet zei wat mijn ondervragers wilden horen, kreeg ik een trap tussen mijn benen...in Charleroi en Brussel. (bron 2 p 14) In het totaal zat hij 12 maanden in afzondering tijdens dewelke hij één keer heeft geprobeerd om zelfmoord te plegen. Nadien hebben ze hem gedurende een jaar niet meer ondervraagd maar gewoon in de cel laten zitten. (bron 2 p. 15)

Aangezien de ondervragingen nog altijd niet op video of op cassette worden opgenomen stellen de PV's (en dat kan ik bevestigen) NIETS voor. "Ik hoefde zelfs niets te verzinnen, dat deden zij voor mij. Ze stelden vragen, ik antwoord- de met ja en nee, en aan de hand daarvan schreven zij de kroniek van de Bende van Nijvel. Maar als je die PV's las, dan leek het alsof zij de hele tijd naar mij hadden zitten luisteren, dat ik zoveel had verteld dat ze me niet eens hadden durven onderbreken." (bron 2 p. 15) In de PV's staan trouwens een aantal dingen

Op 2 mei 1988 heeft het Hof van Assissen beslist dat zij niet de Bende zijn. Michel Cocu heeft ondertussen vier jaar onschuldig in de cel gezeten na twee arrestaties. De eerste keer na d aanslag in Nijvel in 1983 en de tweede keer na Aalst in 1985. Nuchter stelt hij later "het belangrijkste is dat ik eruit ben geraakt" (bron 2 p.11) Uiteindelijk moeten ze één na één weer worden vrijgelaten met de laatste op 22 mei 1985.

Michel Cocu was een geschorste politieagent na een domme poging om een verzekeringsmaatschappij op te lichten (1978) met valse paspoorten die hij op het politiekantoor had gestolen maar waar hij iedere keer zijn eigen foto voor gebruikte. (bron 2 p. 12) Hij was tevens vijf jaar in het leger geweest en hij had geprobeerd om zich in te lijven bij het Vreemdelingenlegioen terwijl ze op zoek waren naar iemand met een militair profiel. (bron 2 p. 16)

Het grappigste of het spijtigste het is maar hoe je het bekijkt is het verhaal van de bewijslast tegen hen. Het was een revolver Ruger 38 die al 5 maanden in de rijkswachtkazerne van Paturages lag. Het werd pas onderzocht na de aanval van de Bende van Nijvel in 1983 door wapenexpert Claude Dery. Volgens hem was het gebruikt bij de overval op de Delhaize. Michel Cocu had hem op café doorverkocht aan Jean-Claude Estiévenart maar zijn vrouw was die afgeven bij de rijkswacht want ze wou geen wapens thuis, zeker als hij had gezopen. Op 25 oktober 1985 werd Michel Cocu opgepakt en ondervraagd. Omdat hij een wapenvergunning had voor de revolver die hij verkocht had bleef hij aangehouden. (bron 2 p 112 - 113)

De wapenexpert Claude Dery was niet echt een wapenexpert maar eerder een wapenfreak "bekend als 'ballistisch expert'bij het parket van Brussel. Omdat er toen nog geen Instituut van de criminalistiek bestond werd "Dery dus meestal belast met de ballistische expertises voor het parket. " Hij zou ook bij de militaire geheime dienst werken. (bron 3 p. 182) het was "bien mal outillé et ne possède aucune qualification en la matière sinon des connaissances apprises de manière empirique au gré de ses analyses.... avec des moyens dérisoires dans la cave de sa maison avec du matèriel rudimentaire. " (bron 7 p. 94 - 95) Hij zegt dat het mogelijk is dat het wapen bij een aanval van de bende is gebruikt.

Het probleem is eachter dat vb Estievenart het niet kan gedaan hebben want hij heeft het wapen van Cocu gekocht na de aanvallen van de bende (bron 7 p. 96) De onderzoeksrechter wil hen langer aanhouden om zijn onderzoek te doen en doet dit dan ook wegens overtredingen op de wapenwet. (bron 7 p 97)

Maar tijdens het proces is het niet de onderzoeksrechter die het tegenstrijdig rapport over het wapen aan de verdedi- ging geeft. 'il faudra le zèle d'un emploè du greffe qui préviendra l'avocat de Michel Cocu pour que le dossier balistique des Allemands soit diffusé a tout les parties (bron 7 p. 106)

Tijdens het proces wordt ook verwezen door Schlicker naar een gelijkaardig wapen dat in een pot bolognaise werd gevonden in de diepvries van de echtgenoot van Boubouche. Volgens hem hadden de Borains een serie wapens ter beschikking gesteld en werden die o.a. gebruikt voor de moord op Mendez. Het ballistisch onderzoek toont verder aan dat ze overeenstemt met de kogels die werden teruggevonden in het bos de Houssière waar extreemrechts kwam oefenen en de verbrande GTI's werden teruggevonden. (bron 7 p. 110) De wapenexperten komen echter niet tot eendui- dige besluiten en komen dit ook zeggen in de getuigenbank. De voorzitter van het hof vraagt uieindelijk aan de wetenschappelijke politie van Parijs om een analyse te doen. Zij bevestigen dat de wapens gebruikt werden in Hal en Genval maar de twijfel heeft zich geïnstalleerd.

Michel Cocu beweert ook dat Jean-Peirre Tilmant van de gerechtelijke politie hem verschillende keren zou hebben verteld dat hij zou kunnen ontsnappen naar Bolivië met enkele miljoenen als hij gewoon alles zou bekennen. Hij zou ook de advokaat Jean-Paul Moerman hebben bedreigd. De wagen van de advokaat werd gestolen en wat later verbrand te- ruggevonden op "een van die plekken waar de Bende nogal wat uitgebrande GTI's heeft achtergelaten." (bron 2 p.18)

Op het einde zegt hij "Ik weet alleen dat het gerecht vijf jaar van zijn dure tijd met de Borains heeft verprutst maar misschien was dat wel de bedoeling." (bron 2 p. 19) De deken van de Brusselse onderzoeksrechters Mevrouw Lyna had aan de procureur-generaal mijnheer Jaspar duidelijk gemaakt dat ze volgens haar onschuldig waren. Het antwoord was "we hebben de schuldigen, het volk is tevreden." (bron 3 p. 191)

De andere borains "jean-Claude Estiévenart is ook geen doetje maar "er kon in België niks bewegen of ik had het gedaan. " (bron 2 p. 23). "Weet je dat betekent als je in de gevangenis zit en je weet verdomme niet waarom ? Weet je wat het betekent als ze je komen vertellen dat je kinderen honger lijden ?" (bron 2 p 25) "Elke keer mijn dochter een rijkswachter ziet, begint ze wenen. Dan denkt ze dat haar papa weer komen halen." (bron 2 p. 26) Volgens hem heeft drie dagen in de cel gelegen. "naakt op de grond met mijn handen op mijn grond gebonden" (bron 2 p 26) En tijdens de eerste confrontatie met Michel Cocu in 1987 "vier jaar voor het eerst te zijn opgepakt" in het bijzijn van onderzoeksrechter Jean-Claude Lacroix van Charleroi vraagt hij waarom Cocu zijn naam heeft gezegd. "Omdat ik toevallig jouw naam in mijn kop had." (bron 2 p. 26) Hij verklaart ook als kleine gangster dat als gangster hij nooit al die mensen zou afknallen, hij zou zich eerder gedeisd houden tot de getuigen rondom weg zijn. Hij zou ook niet wachten op de rijkswacht. Hij zou zich ophangen in zijn cel in 2008

Onderzoeksrechter Schlicker "organiseerde geen reconstructies, geen confrontaties, geen expertises, niks. Iedere keer was het een enquête non faite. Het is was toen Lacroix de zaak heeft overgenomen, hebben ze een reconstructie gemaakt van de overval in Nijvel. Vier jaar later." (bron 2 p. 28) Volgens hem zou Schlicker tegen hem gezegd hebben "je hebt een moordenaarssmoel. Ik zie jou liever in de gevangenis dan erbuiten." (bron 2 p. 28)

Boubouche zegt over de bende Borains " Heb je die gasten al eens gezien. Ik heb ze in de gevangenis ontmoet. Cocu is kreupel, hij slikt pillen en zuipt de hele dag koffie. Kaci Bouaroudj kan zijn eigen naam niet eens schrijven . En Estiévenrt is gewoon getikt. Dat moet de bende voorstellen." (bron 2 p. 74)

Tijdens het onderzoek komt ook de Fransman Adriano Vittorio in het vizier. Hij was lid van de SAC (service d'Action civique) een extreemrechtse gewelddadige militie. Deze was ook betrokken bij de heroïnehandel via Belgie door de smokkelaar André Condemine die hiervoor een medische firma gebruikt. Na de moordartij in Auriol in 1982 wordt de SAC door de nieuwe Franse socialistische regering ontbonden waarna heel wat leden naar België vluchten. Hij weegt 100kg en is invalide maar is toch betrokken bij enkele misdadige overvallen. (bron 7 p. 99-100)

De eerste huiszoekingen na de aanslag in Aalst in 1985 door de etats major de la gendarmerie ordonnera .... en priorité les suspects de la filière boraine." (bron 7 p. 85) Maar deze werden reeds in het kader van de eerste vlaag van aanvallen opgepakt, maandenlang zeer hardhandig ondervraagd en uiteindelijk vrijgesproken.

C. Zijdossier Officieel netwerk Gladio (nooit namen gekend deelnemers)

Het verschil wordt hier zelden gemaakt tussen de strategie en de middelen. De strategie kan wel de strategie van de spanning zijn waarbij men door aanslagen en gewelddadige overvallen een zodanige schrik bij de bevolking krijgt dat deze een krachtiger bestuur wenst en de veiligheidsdiensten meer macht en middelen krijgen en de linkse partijen in deze roep om orde het moeilijker krijgen om een alternatief voor te stellen, maar het middel moeten niet de officiële Gladio netwerken zijn.

De strategie van de spanning werd voor de eerste keer ontwikkeld op een congres in Italië in 1965, de Conferentie over de revolutionaire oorlog van het Studi Militari Alberto Pollio in Rome. De hoogleraar Pio Ronconi stelde voor om extreemlinkse bewegingen door extreemrechtse bewegingen te laten infiltreren. Volgens de Italiaanse advokaat Ferdinando Imposimato waren hier ook Belgen aanwezig. Dit werd door anderen dan weer ontkracht terwijl de Belgische justitie het nooit onderzocht heeft. (bron 4 p. 266)

De Italiaanse neofascisten onder leiding van Delle Chiai gingen met steun van de CIA naar het Griekenland van de kolonels om hun infiltratietechnieken te bestuderen. (bron 4 p. 266)

Op 31 mei 1972 vinden drie agenten in het rustige Italiaanse dorpje Peteano een achtergelaten Fiat 500. Wanneer ze de koffer open doen, doodt de ontploffing één van hen. De aanslag wordt opgeëisd door de Rode Brigades waarna de autoriteiten een grote razzia in het linkse milieu uitvoeren. 12 jaar later en zonder enige inbeschuldigingstelling sindsdien begint de onderzoeksrechter Felice Gasson aan een nieuw onderzoek van het dossier. Hij stelt vast dat bepaalde dingen niet kloppen. Het verslag van de bomexpert lijkt opzettelijk fout en hij is een lid van de extreemrechtse groep Ordine Nuovo.

Het gebruikte explosief C4 was immers heel speciaal want het werd toen enkel door de NATO gebruikt. Tijdens zijn nazoekingen vindt hij een verslag van andere agenten die in Trieste in 1972 een verstopte hoeveelheid C4 hadden ontdekt naast andere wapens. Het onderzoek in het criminele milieu levert geen resultaten op. Hij ontdekt zo dat er nog dergelijke schuilplaatsen zijn en dat ze toebehoren aan het geheime netwerk Gladio.

De pleger van de aanslag wordt kort nadien aangehouden en Vincenzo Vinciguerra bekent dat hij als extreemrechts militant extreemlinks in de problemen wou brengen en dat hij de steun had gekregen van de Italiaanse militaire geheime dienst. Ondanks alle bedreigingen zet de rechter zijn onderzoek voort en ontdekt dat dit ook het geval was voor andere aanslagen waarvan de bloedigste in Bologna.

De Italiaanse premier Andreotti geeft op 25 oktober 1990 toe dat deze organisatie sinds 1945 bestaat en dat dit ook het geval is in andere Europese landen. Het is in dit kader dat de Italiaanse overheid op 7 november 1990 aan de Belgische overheid vraagt om meer informatie te geven over de verschillende coördinatievergadeirngen van de nationale Gladio netwerken die op Belgisch grondgebied op het hoofdkwartier van SHAPE hebben plaatsgevonden. De Minister van Defensie, de socialist Guy Coëme valt uit de lucht omdat hij hierover nooit werd ingelicht. Zelfs de eerste minister Martens zegt nooit te zijn ingelicht. Generaal van Calster verantwoordelijk voor de militaire geheime dienst zegt dat er geen dienst met die naam in België bestaat maar in feite speelt hij een beetje met woorden. Het is oudstrijder anticommunist André Moyen die hem in het communistische dagblad Drapeau Rouge tegenspreekt want hij was betrokken bij de oprichting van het netwerk. De liberale oppositie stelt dan weer trots dat hun ministers wel op de hoogte waren van het bestaan van dat netwerk en Jean Gol onthult zelf dat hij met een speciaal fonds hun communicatiemateriaal heeft laten moderniseren. De minister van defensie Coëme stelt eerst dat deze netwerken niets te zien hebben met de CCC of de Bende of andere Italiaanse toestanden. Hij vraagt desondanks een administratief onderzoek aan het Belgische leger. Het is ontstaan uit een akkoord met eerste Minister Spaak en de Engelse en Amerikaanse verantwoordelijken. Ze hadden vooral veel schrik voor de toen sterke communistische partij onder Julien Lahaut.Die wordt in 1950 vermoord. In 1951 wordt het overgedragen aan de staatsveiligheid voor wat betreft de burgerlijke vleugel en de militaire inlichtingendienst voor wat betreft de militaire opdrachten. Op 23 november 1990 wordt Gladio officieel opgedoekt in België terwijl de senaat 6 maanden krijgt om nog snel een onderzoek te doen. Deze vindt een lijst van de deelnemers maar kunnen die zonder de decoderingstabellen niet ontcijferen. Het leger weigert van deze over te dragen. (bron 5 p. 190 - 198)

De spanning is dan te snijden en in de krant verschijnt een vreemde mededeling. "Livrez les noms - Jamais, repondent les 'gladiateurs'. L'heure de choc est arrivée. Ici Bruxelles.... CHers amis Stay Behind, la section SDRA VIII vous assure de sa très haute estime et vous remercie de votre dévouement au pays. Ils vous certifient que les pressions et les menaçes seront vaines et que la parole donnée sera honoréd "Adolphe se prote bien". (bron 5 p. 198)

Het officiële netwerk bestaat uit enkele tientallen leden voor het grootste deel parachustisten van SDRA VIII die een opleiding kregen van Engelse of Amerikaanse instructeurs. De onderzoekers in Jumet vinden geen materiële aanknopingspunten en het onderzoek blijft in het preliminaire stadium. De militaire overheden reageren trouwens zeer gevoelig op alle vragen maar leggen in tegenstelling tot de CCC nooit een dossier aan over de Bende (bron 5 p. 199)

D. Racket van Delhaize (Nooit boekhouding deskundig op tijd bekeken)

D. 1. Claude Dubois

In 1984 (na de eerste serie overvallen van de Bende) wordt in de berm van de E19 ter hoogte van Lot-Beersel een valies gevonden met blanco identiteitskaarten en een mitraillette. Op een papiertje staat geschreven "Leclercq Boss Delhaize 250.000 actions de 5000". Tevens zit er een boek in over hoe wagens kunnen opgeblazen worden. Voor het internet was het redelijk moeilijk om dergelijke boeken te vinden. Jacques Leclercq was de verantwoordelijke voor de Amerikaanse activiteiten van Delhaize. De eigenaar van de valies is een ex immo- biliënagent Claude Dubois die in de gevangenis zit voor de moord op Colette Dumont. Hij had haar in stukken gesneden na een discussie over geld. Hij ontkent de moord evenwel. Zijn baas Rossignol levert hem hiervoor een alibi en in 1984 wordt hij vrijgelaten. De moord op de vrouw wordt nooit opgelost. (bron 5 p. 223)

Hij erkent evenwel dat de valies van hem was en dat hij hem had verstopt in zijn vroegere dancing die in verdachte omstandigheden in de vlammen is opgegaan. Claude Dubois is echter zeer groot en de ondervragers denken direct aan de Reus. (bron 5 p. 223)

Claude Dubois werkte eerst op de stad Brussel op de dienst verantwoordelijk voor het beheer van de gebouwen samen met Elise Dewit één van de slachtoffers van de Bende. Hij verlaat de openbare dienst om medewerker te worden van Ronald Rossignol die o.a. geld leent. Hij moet dat geld zien te recupereren o.a. bij Jacques Van Camp van het restaurant Trois Canards. (bron 5 p.224)

In 2001 wordt een stuk van een menselijk lichaam gevonden in het kanaal Brussel-Charleroi. Later worden meerdere stukken teruggevonden maar nooit de rechterhand. Het slachtoffer werd omgebracht met drie schoten in de nek. Hij noemt Menaouer Megherbi en zou de minnaar geweest zijn van de compagne van Dubois. Dubois wordt aangehouden in het huis van de ex misdadiger Raymond Lippens. Hij wordt voor die moord veroordeeld tot 30 jaar zelfs hij blijft hij zijn onschuld staande houden ondanks de vele bewijzen. Ten einde raad zegt hij tijdens het proces dat hij belangrijke verklaringen kan afleggen over belangrijke dossiers maar de pers en onderzoekers gaan er niet op in. Hij wordt ziek in de cel en sterft er uiteindelijk. (bron 5 p. 225)

D.2. De rekeningen van Delhaize

De hypothese dat de groep Delhaize zou kunnen gechanteerd worden door gewelddadige groepen min of meer gebonden aan de Amerikaanse maffia is het resultaat van de manier waarop de groep in Delhaize aan haar opmars bezig was. Ze concentreerde zich vooral op staten waar er geen verplichte vakbondsvertegenwoordiging was of hield bewust het aantal werknemers onder het minimum noodzakelijke om vakbondsvertegenwoordiging toe te laten. Door de lage prijzen kende ze een explosieve groei die velen een doorn in het oog was.

De rekeningen van de groep werden volledig uitgepluisd maar niks werd gevonden dat er op leek dat de groep geld had betaald. Maar de cel heeft voor dat onderzoek "pas avoir obtenu l'aide d'experts comptable expérimentés.(brp, 5 p 229) Het is trouwens slechts in 1997 dat de Cel Waals Brabant beslist om de boekhouding te controleren (dus 12 jaar na de laatste feiten). "Il aurait d'ailleurs fallu des dizaines d'experts fiscaux pour analyser l'ensemble de la comptabilité du groupe Delhaize. Et techniquement il n'est pas impossible pour une importante multinationale d'avoir deux comptabilités parallèles pour cacher des versements occultes." (bron 5 p. 230)

D.3 Asterix

Dieter Genevois werkte bij de BIC na het proces François en noemde zichzelf de belangrijkste tipgever. In 1982 waren na anderhalf jaar 102 criminelen gearresteerd en werd voor 13 miljoen aan gestolen koopwaar teruggevonden worden. (bron 4 p. 205)

Commissaris Hallot had Genevois in de cel opgezocht na een frauduleus failliet en had hem voorgesteld om voor hem te gaan werken. Hij had hem een vast contract beloofd maar wou dat uiteindelijk niet doen waardoor Genevois boos werd. Genevois ging met een aantal verhalen naar de BIC die na een tuchtonderZoek Guy Hallot in 1985 strafte. Hij diende overigens bij onderzoeksrechter Paulus de Chatelet een klacht in tegen BIC commissaris Dewachter omdat die informatie over de Bende van Nijvel niet zou hebben doorgegeven. Hij had van een Italiaanse medegevangene informatie gekregen over de diefstal van de kogelwerende vesten. De Wachter had hierover drie rapporten opgesteld maar niet doorgegeven. Het was tevens de informatie die hij van Asterix had gekregen (bron 4 p 206 - 209)

Een informant zal in 1986 verklaren dat een informant met de codenaam Asterix (François Eertijckx) hem-in 1984 verklaardde dat de Bende van Nijvel een onderdeel is van een interventiegroep van de Rijkswacht die betaald en bewapend werden door een rijkswachter (Dany) en dat ze nadien in F het Franse Vreemdelingenlegioen zijn ingelijfd. Ze deden de operaties in opdracht van een Amerikaanse firma die Delhaize wou destabiliseren in ruil voor 13K euro. Hij verklaarde trouwens in 1984 dat een Latijns-Amerikaan zou worden vermoord omdat de bende hem niet meer vertrouwde. "Asterix had ook gezegd dat Amerikanen achter de bende zaten en dat VDB van meer wist. (bron 4 p. 221)

Omdat hij schrik had voor zijn leven en dat van zijn informatiebron wou hij in 1984 geen verklaringen afleggen en meer informatie geven. In 1986 wou hij dit wel want zijn bron was vermoord.

De informant van de informant werd vermoord op 22 januari 1985 op dezelfde manier als Mendez enkele dagen later met enkele kogels in zijn hoofd terwijl hij in zijn wagen zat en voordien werd opgemerkt in discussie met een onbekende. Het onderzoek werd slecht of niet gevoerd. TIjdens een huiszoeking thuis werden "advertenties gevonden voor parnterruil en ook een reactie hierop van een crimineel die in de goudhandel zat met de broer van Genevois en wiens eigen broer springstoffen geleverd had aan tewee politiemannen. Die twee hadden connecties met WNP." (bron 2 p. 222)

De magistraten in Charleroi ontvangen dit dossier slechts in 1988. Het was in 1986 naar het parket in Brussel gestuurd terwijl het in feite in Nijvel had moeten terechtkomen.

Asterix was de bodyguard van Claude François tot zijn dood en later van de Belgische zanger Plastic Bertrand "un roi des fêtes bruxelloises" in de discotheek Mirano dat later veroordeeld wordt na een overdosis omwille van de drugshandel in de zaal. Een zedenzaak wordt losgekoppeld van dit onderzoek en "n'aboutira jamais." Hij was ook buitenwipper in de discotheek Le cirque "waar dankzij een tip van Montel ooit verhinderd werd dat prins Filip ontvoerd werd." (bron 4 p. 223)

Commissaris Guy Hallot van de gerechtelijke politie en Genevois werden in 2002 veroordeeld in een oplichtings- zaak van een miljard euro.

E. De spoken

Deze personen hebben verklaringen afgelegd of er werden verklaringen over hen afgelegd maar zijn ondertussen overleden.

E. 1. Toumaniantz

Toumaniantz is een grote misdadiger die officieel overleden is in 1979. In 2000 komt er echter een persoon bij de Cel Waals Brabant zeggen dat hij nog leeft en in het zuiden van Frankrijk zijn mémoires aan het schrijven is over zijn rol in de Bende van Nijvel. Toen de informant echter hoorde dat de verjaring op 30 jaar is gebracht wil hij opeens niets meer verklaren. Wanneer ze hem opnieuw willen ondervragen blijkt hij overleden te zijn. (bron 5 p. 259)

E.2. Van Deuren

Hij heeft als bijnaam 'le gitan' en wordt ervan verdacht mee te hebben gedaan aan de overval van Dekaize. Hij ontkent dit en geen enkel materieel bewijs wordt gevonden. Er is wel een gelijkenis met de manier waarop een aanval op een juwelierswinkel in Sint Agatha Berchem wordt uitgevoerd met een Golf GTI en karnavalsmaskers in 1988. Hij wordt nadien dood teruggevonden na een foltering in het park van Oostende met een nekschot.

Maar hij geeft zijn aandeel in de overval van Dekaize wel toe aan Bultot in 1987 voor zover we hem kunnen geloven maar doet dit ook aan zijn sociaal assistente. Hij overlijdt voor hij hierover opnieuw kan worden ondervraagd. Volgens hem had Dekaise hem gevraagd om die opdracht uit te voeren. (bron 5 p. 259 - 261)

E.3. Haemers

"Non, jamais des saloperies comme ça..... Tout ce que j'ai fait, je l'ai fait pour l'argent" Haemers (bron 5 p. 244)

Het is echter Onderzoeksrechter Troch die Haemers wil verhoren naar aanleiding van de aanval op de Delhaize van Aalst omdat één van de kassiersters denkt hem herkend te hebben voor de aanval op ontdekkingstocht. Tevens worden bij hem wapens van de diefstal bij Mendez gevonden en karnavalmaskers "similaires à ceux utilisés par les tueurs fous" Volgens sommige getuigen zou hij ook op restaurant gaan bij de Trois Canards maar Haemers ontkent dit ten stelligste. David Van Steen denkt hem herkend te hebben als de schutter, de Reus die zijn moeder, vader en zuster doodschoot. Een andere getuige denkt hetzelfde en gaat naar de politie "mais qui se verra conseiller "amicalement" de se taire." (bron 5 p. 245)

Op 12 februari 1989 vindt het parket in Brussel een garage vingerafdrukken van de ontvoerders van VDB en vooral "wapens uit de gestolen collectie van Mendez". De gebruiker was Haemers. (bron 2 p. 90) Omdat hij groot was dachten ze ook eerst dat hij de Reus van de bende was.

Haemers zei ook dat hij jarenlang geldsmokkelaar was geweest die geld van "eerbare Belgische en Franse burgers" naar o.a. Zwitserland, Liechtenstein bracht om het daar te deponneren op geheime rekeningen. Hij gebruikte een ITbedrijfje als cover. (bron 2 p. 92)

Toen Dossogne (Front de la Jeunesse) na zijn veroordeling wegens privémilitie (1982) na 3 maanden uit de cel kwam werd hij privé-detective. Hij werd gecontacteerd in 1986 door Denise Tack de vrouw van Haemers om Haemers te helpen ontsnappen samen met zijn advokaat Michel van der elst. (bron 2 p. 104) Haemers ontsnapte in 1987 zelf uit een boevenwagen in Heverlee maar hij stelt dat sommige leden van de Gerechtelijke politie daar "duidelijk geen zin in hadden" en dat commissaris Jean-Paul Peelos "met een aantal processen-verbaal uit het dossier Haemers heeft geknoeid. (bron 2 p.105) Volgens Dossogne heeft Haemers VandenBoeynants moeten ontvoeren om zijn schulden terug te betalen aan de professionelen die deze ontsnapping hadden geregeld. (bron 2 p. 107)

"Peter Boeckx die voor de televisiezender Vier de documentaire reeks de bende van Haemers maakt vertelde "hij zei me dat de bende soms VIPS mee nam. Het waren personen die ook eens de kick van een overval wilden voelen. En hij gaf me de naam van een minister. De vips gingen mee als toerist maar namen niet actief deel" (bron 4 p. 46)

E.4. De afkortingen van de prokureur des konings Jean Deprêtere

Deze procureur die met alle macht en kracht van zijn functie de Borains zo heeft onder druk gezet dat ze een soort bekentenissen aflegden maar nadien moesten worden vrijgesproken wegens een totaal gebrek aan bewijs, lag op zijn sterfbed zijn laatste dagen vechtend tegen kanker. Hij riep een journalist bij hem en vertelde hem dat hij de namen kende van de Bende van Nijvel. De journalist noteerde enkel de afkortingen A.V. - W.D.- I.R. - T.S. - J-P.F Twee hiervan zijn reeds overleden, twee andere leven rustig in Frankrijk. Het zij in feite de Borains of hun omgeving. (bron 5 p. 285) Tot de laatste dag kon hij niet toegeven dat hij fout was geweest.

F. Onderzoek naar de slachtoffers

Substituut Jean-François Godbille verklaart voor de tweede Bendecommissie dat sommige van de slachtoffers misschien niet zo onschuldig zijn en dat ze werden geselecteerd. Hij heeft hierover een rapport geschreven dat nu gekend is onder de naam 'rapport Godbille' dat ondanks dat de ondervragingen achter gesloten deuren plaatsvonden en schadelijk was voor de goede naam van sommige slachtoffers toch uitlekte. Hij heeft het over een geheel van financiële schandalen, sex en drugs waartegen deze slachtoffers geen klacht konden neerleggen.

Hij merkt tevens op dat "certaines familles de victimes ne semblaient avoir subi aucun préjudice financier suite à la mort d'un père ou d'un mari et s'ètaient faites particulièrement discrètes comme si elles avaint reçu en échange de leur silence un dédommagement." ( bron 5 p 231-232)

Sommige slachtoffers zoals de familie van Bankier Léon Finné en Madame Djuroski ontvangen anonieme telefoons waarin niets wordt gezegd (bron 5 p. 302) zij zijn de twee actiefste familieleden die proberen een asbl op te richten en meewerken met verschillende journalisten om verschillende pistes af te tasten.

Maar bij de slachtoffers komen ook heel wat telefoons en anonieme brieven met tips binnen die ze dan overmaken aan het gerecht. Het is dan ook ontstellend voor hen om vast te stellen dat het maanden tot weken duurt vooraleer ook maar de eerste onderzoeksdaden op deze nieuwe tips worden uitgevoerd zelfs al lijken die soms heel beloftevol. (bron 5 p. 315)

F.1. Bankier Léon Finné

Deze persoon heeft de twee plannen tot staatsgreep verraden.

Hij stierf tijden de overval op Delhaize van Overijse op 27 september 1985.

Hij was eerst directeur van een agentschap van de bank Copine dicht bij het justitiepaleis. Zijn cliënteel bestond hoofdzakelijk uit magistraten en advocaten. Het was een onderdeel van een veel grotere groep Credit Commercial et Financier onder leiding van de Italiaanse graag Giorgio Gherardi d'Andolo. Het Ging na 6 jaar frauduleus failliet in 1983 waarbij het een put naliet van 15 Miljoen Euro. Een van de beDrijven dat het bezat was North Europe Insurance Company van Ronald Rossignol. De beheerders van Banque Copine zaten ook in de beheerraad van S.A Progime die als immobiliënmaatschappij over een Heel reeks garageboxen beschikte waarvan het enkele verhuurde aan Boubouche en Beijer.

Hij werkte tevens samen met de BOB van Brussel die voor haar undercoveroperaties (zie inleiding) veel Geld nodig hadden om drugs te kunnen komen. "Il devait apporter lui-même ces sommes d'argent très Importantes..... Finné etait surnommé le cow-boy car il prenait ses missions pourtant occasionnelles tres Aux serieux" Hij was onder andere bevriend met de commissarissen De Vroom en Franz Reyniers van De gerechtelijke politie. (bron 5 p. 234)

Nadien werkt de bankier in Luxemburg voor de Société Européenne des Banques dat een filiaal is van de Banco Ambrosiano die als bank van het Vaticaan in het middelpunt staat van het schandaal van P2.

Finé was tevens lid van CEPIC en hij stond in 1981 op de senaatslijst van extreemrechts.

Maar waarom werd hij dan op de parking vermoord en niet ergens meer discreet ? Het is een theorie Die meer vragen dan antwoorden oproept. Alhoewel het misschien minder met zijn financiële activiteiten Zou te maken hebben dan met zijn verraad van twee plannen tot staatsgreep. In feite is hij de hoofdpersoon Waarop deze theorie is gebaseerd want de andere zijn ofwel licht ofwel gebaseerd op heel veel veronderStellingen.

Is het mogelijk dat men absoluut hem wou uitschakelen en dat men dit inbouwde in één van de aanslagen. Indien we hebben te maken met een operatie van spionnen, criminelen en extreemrechts met een aantalZwijgende beschermlagen dan is het niet onmogelijk. Wil het daarom zeggen dat een groot aantal of zelfs Alle andere slachtoffers een specifiek doelwit waren ? Dat lijkt wel erg onwaarschijnlijk gebaseerd op de Gekende feiten. Een voorbeeld van zulke theorie is het volgende koppel slachtoffers.

F.2. Jacques Fourez-Elise Dewit

Neergeschoten tijdens aanval te Nijvel

Jacques was verantwoordelijk voor de immobiliënsector binnen de firma Ifomen en was tevens verantwoorDelijk voor een keten van kleine superettes maar de firma had financiële problemen onder andere voor de Firma Sogepro van Charly de Pauw (en dan wordt VDB er direct bijgesleurd). De notaris Fernand Lefère die Die toen ook medewerker was van de burgemeester van Brussel had tegen het koppel (Elise was een ex-Medewerkster van hem) een klacht neergelegd wegens chantage. De theorie gaat dat het koppel een terrein Wou kopen in de Ardennen "contre la cassette des ballets roses dont ils auraient eu une copie" ? De firma wordt nadien opgeheven met een schuld van 400K euro. (bron 5 p. 240-241)

In November 1985 (dus 3 tot 2 jaar NA de feiten) organiseren 4 vrouwen een persconferentie waarbij ze klagen dat ze geen enkele financiële of psychologische ondersteuning hebben gekregen. Ze worden vertegenwoordigd door Michel Graindorge.

Volgende (laatst) De mogelijkheden van de veiligheidsdiensten